WAALWIJK - Het heeft even geduurd, maar eindelijk komt het er: het nieuwe Schoenenmuseum in Waalwijk. Als de gemeenteraad het bouwkrediet na het reces bekrachtigt, dan kunnen de inmiddels geselecteerde bedrijven aan de slag. Het museum moet rond de 30.000 bezoekers per jaar trekken. "Een voorzichtige schatting", aldus wethouder John van den Hoven.
Door Rinse Bulkmans
Het is een rustige dag op het stadhuis van Waalwijk. Op de begane grond zit een gezinnetje te wachten totdat ze geholpen worden, maar veel meer dan dat gebeurt er niet. Op de tweede verdieping van het gebouw gebeurt wat meer. De werknemers die niet op vakantie zijn, zijn druk aan het werk. Wie ook op zijn post is, is wethouder John van den Hoven. Hij zit er ontspannen bij. Dat mag ook wel, nu bekend is dat de realisatie van het nieuwe schoenenmuseum nadert. “Het harde werken van de architecten, museumbestuur, projectbegeleiding en alle andere betrokkenen wordt beloond. We hebben samen alles op alles om voor Waalwijk een geweldig museum te realiseren.”
"Ik ben zelf met de schoen-en lederindustrie opgegroeid en ben vroeger ook wel eens in het oude museum geweest. Het oude museum vond ik eerlijk gezegd heel saai en ouderwets. Daarom ben ik blij dat er een nieuw museum komt dat ook interactief is. Je kunt bijvoorbeeld een paar schoenen meenemen en die vervolgens op laten pimpen bij de hakkenbar. Hartstikke gaaf toch?”, zegt Van den Hoven lachend.
Vooruitkijken na financiële problemen
Toch is de voorbereiding voor de verbouwing van een flink deel van het oude gemeentehuis tot schoenenmuseum niet optimaal geweest. Onder meer door het faillissement van Slem, een opleidingsinstituut voor de schoenenindustrie. Daarnaast was bestuur van gemeente Waalwijk destijds veel te ambitieus, erkent ook Van den Hoven. De blik was gericht op een internationaal publiek, maar dat lukte niet. Het zorgde voor een tegenstribbelende raad en veel kosten.
“We zijn flink wat geld kwijtgeraakt, maar uiteindelijk is het toch goedgekomen. De openstaande schuld is afbetaald en we hebben het verlies geaccepteerd. Het is belangrijk om in de toekomst te kijken in plaats van naar het verleden. We hebben een budget beschikbaar gemaakt van 10 miljoen euro en zijn daar vooralsnog binnen gebleven.”
Waalwijk becijfert 9,9 miljoen euro, exclusief extra duurzaamheidsmaatregelen, voor de verbouwing. Met de 440.000 euro extra wordt het bestaande gebouw zo duurzaam mogelijk opgeleverd aan het museumbestuur. “Dat geld komt overigens weer terug in de vorm van extra huur.”
Al met al verwacht de wethouder geen financiële tegenvallers tijdens de bouw. "We hebben een potje voor onvoorziene kosten en ik verwacht dat dit afdoende zal zijn om eventuele onvoorziene zaken tijdens de bouw op te vangen. Ik ga er vanuit dat dat niet nodig is. Het budget is heilig verklaard en mocht er toch nog iets op ons pad komen, dan kunnen we het makkelijk oplossen. Tenzij er iets heel groots gebeurt, maar dat weet je toch nooit van tevoren.”
De stad mooier aankleden
Met het nieuwe museum wil de gemeente ook de binnenstad aantrekkelijker maken. "Ja, dat lukt je niet met een museum op een industrieterrein buiten de stad (locatie van het oude museum, red.). Leuk dat je daar makkelijk kan parkeren, maar dat kunnen we op de nieuwe locatie ook wel realiseren.”
“Het museum moet ook aantrekkingskracht krijgen voor de horeca om het nieuwe gebouw heen. Er komt wel een café in het nieuwe museum, maar er zullen ook voldoende bezoekers kiezen om op een terras te gaan zitten in het centrum van Waalwijk. Er is nu volop beweging gaande. Bovendien komen er voorzichtig wat meer leergerichte zaken richting Waalwijk en omstreken en ook weer naar het centrum. Zo heeft zich onlangs een nieuw schoenenmerk in de Grotestraat gevestigd en komt er waarschijnlijk ook een nieuwe ambachtelijke schoenmaker. ”
